Monstername en analyse bentonietslib

06.05.2022

Sinds 1 april 2019 wordt bentonietslib (een mengsel van uitgegraven bodem en bentoniet dat gecreëerd wordt bij grond- en putboringen en grondwerken) beschouwd als een bodemmateriaal waarvoor de grondverzetregeling gevolgd moet worden.Tot voor kort ontbraken er echter nog officiële richtlijnen omtrent staalname en analyse.In dit artikel lichten we verschillende staalnametechnieken - waaronder het nieuwe ontwerpCMA - en de toe te passen analysemethoden toe.

MONSTERNAME

Voor de monstername van niet-steekvast bentonietslib bestonden er tot voor kort geen richtlijnen voor een representatieve staalname. In maart 2022 werd de ontwerpversie van CMA/1/A.9 voor de staalname van bentonietslib echter gepubliceerd.

Afhankelijk van de grootte van de uit te voeren werken, wordt bentonietslib ter plekke ontzand en hergebruikt of direct afgevoerd. Naar staalname toe wordt daarom een onderscheid gemaakt tussen ontzand en niet-ontzand bentonietslib:

Niet-ontzand niet-steekvast bentonietslib:

Bij aankomst op het verwerkingscentrum, moet de staalname van het niet-ontzand bentonietslib direct worden uitgevoerd door tijdens het ledigen van de zuigwagen door 5 deelstalen van 2 liter op te vangen en samen te voegen tot 1 staal van 10 liter. De 5 deelstalen moeten evenredig over de lostijd worden verdeeld zodat een uniform totaalstaal wordt bekomen. Homogenisatie op het terrein is niet vereist.

Staalname vanuit het opvangbekken/container is niet toegestaan omwille van mogelijke bezinking waardoor de staalname niet als representatief beschouwd kan worden.

Ontzand niet-steekvast bentonietslib:

Werven waarbij gebruik gemaakt wordt van een ontzandingsinstallatie, hebben een langere duurtijd (weken tot maanden). Op de laatste dag van de werking van de ontzandingsinstallatie, wordt een staal genomen van het ontzand bentonietslib door 5 deelstalen te nemen van 2 liter verspreid over:

  • de laatste 4 uur werking voor containersystemen;
  • de laatste 8 uur werking voor aparte ontzandingen.

 

De 5 deelstalen worden samengevoegd tot 1 staal van 10 liter. De 5 deelstalen moeten evenredig over de tijd worden verdeeld zodat een uniform totaalstaal wordt bekomen. Homogenisatie op het terrein is niet vereist.

Steekvast bentonietslib:

Voor de monstername van steekvast bentonietslib (of het afgescheiden zand van de ontzandingsinstallatie) kan gebruik gemaakt worden van de bestaande technieken beschreven in CMA/1/A.8, meer bepaald: hoofdstuk 5: staalnametechnieken voor partijen steekvaste bodemmaterialen.

Bentonietslib kan op verschillende manieren steekvast gemaakt worden:

  • Fysische ontwatering:
    • Gravitair (zeer langzaam proces, arbeidsarm)
    • Mechanisch: bijvoorbeeld door middel van een kamerfilterpers of zeefbandfilterpers (snel proces, arbeidsintensief)
  • Chemische ontwatering: door het toevoegen van speciale producten vindt versneld bezinking plaats

 

Na ontwatering wordt een steekvaste fractie bekomen die volgens de staalnametechnieken voor partijen steekvaste bodemmaterialen (CMA/1/A.8) bemonsterd kan worden.

 

Opgelet met het opsparen van kleine partijen!

Bij het in voege treden van het nieuwe ontwerpCMA zal staalname vanuit het opvangbekken/container niet meer toegestaan zijn omdat omwille van mogelijke bezinking een representatieve staalname niet gegarandeerd kan worden. Indien u kleine partijen bentonietslib opspaart tot een groot volume voor opmaak van een technisch verslag, is staalname dan ook slechts in 1 van de 3 volgende scenario´s mogelijk:

  • Staalname van elke aangeleverde niet-steekvaste deelpartij tijdens het ledigen van de zuigwagen
  • Staalname van de niet-steekvaste partij op het einde van het onzandingsproces van de samengestelde partij
  • Staalname van de steekvaste partij na ontwatering

 

ANALYSE

Niet-steekvast:

Ook op vlak van de toe te passen analysetechnieken, bestond er tot voor kort veel onduidelijkheid. De problemen ontstonden door de niet-steekvaste matrix van de bentonietstalen waardoor het niet duidelijk was onder welke matrix de stalen precies geanalyseerd moeten worden. Ook hier schept OntwerpCMA/1/A.9 duidelijkheid: bij de analyse-aanvraag moet het bentonietslib worden omschreven als “pasteus bodemmateriaal”. Zowel het ontzand als het niet-ontzand niet-steekvast bentonietslib vallen in deze categorie.

Opgelet: omdat het laboratorium het staal zal analyseren onder een andere matrix, zal de detectielimiet voor diverse parameters hoger liggen dan de VLAREBOnormen:

  • MO: <1000 mg/kg ds
  • Acenaftyleen: <1 mg/kg ds
  • Benzo(ghi)peryleen <0,5 mg/kg ds
  • Dibenzo(ah)antraceen: <0,5 mg/kg ds

 

Indien de eBSD – ondanks de verhoogde detectielimieten - besluit dat de waarde vrij gebruik voor geen enkele parameter overschreden wordt, kan alsnog een code 211 toegekend worden. Het is echter de eBSd die in deze de beslissing neemt en de eindverantwoordelijkheid draagt.

Steekvast:

De stalen kunnen volgens de matrix "bodem" geanalyseerd worden.

Deel dit bericht: 
Deel dit bericht